donderdag
De zuil met daarin manneke Pis geeft uitleg over problemen met de urinewegen en de planten die worden gebruikt om dit euvel te verhelpen.
|
Bezoek aan de Botanische tuin
De route voor vandaag begint met een ommetje richting Botanische tuin. We gaan het tunneltje in de Rue du Valais door, onder het spoor, en lopen dan richting Place des Nations. Hier staat het gebouw van de Verenigde Naties, want Genève is vooral een stad van internationale organisaties. Vanzelfsprekend wordt hier de vlaggenparade vastgelegd. ICRC: Internationale Rode KruisHet volgende gebouw dat we tegenkomen is de internationale school en dan nog weer verderop het gebouw waar Paul werkt: het ICRC ofwel het International Committee of the Red Cross, in het Frans CICR geheten. We kijken even rond achter de slagbomen bij een van de oudste gebouwen en lopen dan door naar de ingang van het museum. Een indrukwekkend vormgegeven geheel: je komt binnen in een ''symbolische entree'' met spiegels, waardoor je zelf onderdeel wordt van een groep mensen die geblinddoekt wordt weggevoerd naar de gaskamers. Maandag zullen we het museum zelf bezoeken, nu lopen we door naar het Parc de l'Impératrice, om van daaruit in de Botanische tuin te komen. Het valt overigens op dat de stad Genève zó dicht bij haar centrum een prachtige hoeveelheid parken heeft. Ook in lunchtijd zie je veel kantoorpersoneel van deze groene longen gebruikmaken, ofwel om er ontspannen te wandelen ofwel om zich er in het zweet te rennen.
Prachtige Botanische tuin
De even
verderop gelegen Botanische tuin bestaat eigenlijk uit twee delen: wij
wandelen eerst het 'oudste' deel in, zuidelijk van de Rue de l'Impératrice.
Dat zal ook meteen het mooiste deel blijken te zijn.
Duidelijke, informatieve uitleg
We zijn al in
verschillende botanische tuinen geweest, maar hebben niet eerder zo'n
duidelijke en informatieve uitleg gezien over het gebruik van planten. Even
verderop komen we in het 'noordelijk deel' van de tuin, dat zich vooral
kenmerkt door grote picknick-weides.
Het tweede stuk begint al een beetje bekend terrein te worden. We steken de wijk weer dwars door en krijgen al snel de ronde kerk in beeld: de plek waar we moeten zijn, het appartement van Paul & Sandra. 's Avonds wordt er wat gekletst, foto's bewerkt en het verslag bijgewerkt. |
|
vrijdag
|
Historisch CarougeVandaag gaan we naar een van de voormalige voorsteden van Genève: Carouge. Tot 1754 was dit dorpje, gewijd aan de koning van Sardinië -die vanuit Turijn regeerde- een toevluchtsoord voor alle katholieken en protestanten die het in het puriteinse Genève niet konden uithouden. Zelfs joden konden hier- uniek voor deze tijd- hun onderdak vinden. Met de tram naar CarougeWe stappen 'om de hoek' op tramlijn 13 die ons in één keer door naar Carouge, bij de Place du Rondeau brengt. Daar gaan we een klein stukje de Rue Ancienne in en genieten dan al meteen volop van de mooie gevels. Hier zitten veel kunstnijverheidswinkels en restaurantjes in allerlei maten en soorten. We buigen af naar de Rue Fontanel, de Rue Dalphin, achter de school om naar de Rue du Collège en komen dan op het pleintje van het voormalig stadhuis. Eigenlijk zouden we volgens de uitgezette wandeling nu de Rue Jean-Joseph moeten hebben, maar die lopen we straal voorbij en gaan er dus pas één verder linksaf. Alweer een pleintje met een mooi uithangbord, de Rue Roi Victor in -vernoemd naar de koning van Sardinië- en dan ontdekken we een klein drukkerijtje met héééle oude zetmachines, typemachines en nog meer historische drukkerij-apparatuur. De drukker -overigens zelf nu aan de slag met een moderne gifgroene 'Apple'- ziet onze belangstelling en nodigt ons van harte uit binnen te kijken en foto's te nemen. We geven daar graag gevolg aan. Carouge: uitgaanscentrum voor 'sjiek Genève'
Ook nu weer komen we langs diverse
restaurants en als we even de kaart bekijken, kunnen we slechts beamen
dat Carouge als hèt uitgaanscentrum voor 'sjiek Genève' geldt. Via de Rue Votier bereiken we de Place de l'Octroi, waar we via de Pont de Carouge de rivier l'Arve oversteken. Ook hier weer gezellige winkels, maar eerst is het tijd voor een lunchstop, op een bankje temidden van veel kantoorpersoneel dat hetzelfde idee heeft. We lopen de hele Rue de Carouge uit en gaan dan nog even ons geluk proberen bij een winkeltje -dat eergisteren in de ochtend gesloten was- waar we een mini-solex hadden gezien, eventueel voor bij de verzameling. De zaak is nu wel open, maar de eigenaar krijgt van ons geen klandizie: hij vraagt er 85 franc voor. Dat vinden we te gortig. Met de tram terug richting station, overstappen op lijn 13 of 15, maar dan zien we weer een gezellige winkelstraat en een halte verder zijn we er al weer uit en lopen een stukje terug. Uiteindelijk leggen we alleen het laatste deel vanaf het station per tram af: de winkelstraten hier kennen we nu wel. Het plan voor morgen: de Mont Salèves op. |
|
![]() |