Een gezellige èn interessante vakantie met caravan en fiets naar de invasiestranden
en de streek van de camembert.

12 t/m 30 juni 2003 / dag 10 - 11- 12

zaterdag 21 juni: naar Le Moulin du Foyon
 laatst bijgewerkt:   26-10-2017

Normandie:
naar Honfleur & Caen

De langste dag van het jaar. We beginnen redelijk vroeg: om half negen. Naast de gebruikelijke activiteiten wordt er driftig ingepakt. Om half elf zijn we klaar en betalen de rekening van 60 euro en twee kwartjes (voor vijf dagen). De auto van de buren is al weg, dus is het voor ons extra makkelijk de auto achteruit voor de caravan te steken. Dat lukt in één keer op de centimeter nauwkeurig! Aankoppelen en om elf uur rijden we langs de slagboom. Een makkelijke weg, vrij recht toe, recht aan, in de richting Caen en vervolgens Bayeux.

We nemen de D73 naar Castillon en na ruim anderhalf uur zijn we er. We zien echter nog nergens een aanduiding: 'Moulin du Foulon'. Doorrijden richting Noron helpt ook niet, dus keren we ons karretje en vragen we in het centrum, waar enkele dames gezellig keuvelend de problemen van de dag bespreken, de weg naar de camping. Aucun idée. Dat schiet lekker op.

'Probeer eens bij Noron, de eerste rechts. Makkelijk gezegd, maar omdat we net uit die richting komen moeten we draaien en dat lukt niet in zo'n smal straatje. Dus doorgereden tot een splitsing. Onze 'Karin' zegt nu: naar links, richting Valun. Zij heeft de kaart op schoot en ik gehoorzaam. Het weggetje wordt al maar smaller. Elkaar passeren is hier alleen nog voorbehouden aan fietsers, maar ook die zijn in geen velden of wegen te bekennen. Links blaft een hond. Wij staan dan ineens voor een veld met jonge slaplantjes: route fini! Dit is echt een probleem. Gelukkig staat er op het land links een hek open. We rijden pardoes het land op, draaien en gaan terug langs de blaffende hond. Sorry, beest, groeten aan je baas.

Dan: 2e links: richting St. Paul (dat bordje hebben we al drie keer gezien!). Als we bij een kruising willen kijken welke kant we nu weer op moeten, staat er ineens een bordje: Ferme du Moulin, camping. Weer een smal weggetje door het bos en ja hoor: na 2 kilometer een splitsing naar links. Dat wil zeggen: als je van de andere kant komt, moet het te doen zijn. Voor ons betekent het een bocht van zeg 150 graden. Gaat dus niet lukken met die sleurhut. Dan maar doorrijden, tot de eerste kruising. Links af, achteruit, terug steken, en weer naar de splitsing. Rechtsaf, duiken we ineens een eind steil naar beneden, zo smal dat er nauwelijks een lucifer tussen de caravan en de verhoogde berm paste. Bordje: Eigen weg. Toch maar doorgereden en jawel: na 800 meter alsnog een boerenerf met daarachter duidelijk camper en caravanstandplaatsen. We zijn er. Het blijkt een hellend grasland tussen de bomen met rode appeltjes. De 'gardien' komt aanlopen en wij lopen mee om de plek te bekijken. Ziet er goed uit. Er staan twee caravans en een Nederlandse camper, maar er is plaats voor wel dertig vakantievierders. We zoeken een mooi plekje uit, met uitzicht richting het dal en moeten de plankjes gebruiken om recht te staan.

Alles uitgepakt, wat gegeten en gedronken en dan naar Bayeux, om voor het weekend boodschappen in te slaan.

Terug op de camping (uitzicht...) gaat de voortent er aan. Binnen drie kwartier staat hij compleet met alles d'rop en d'raan. We worden er steeds sneller in....

Daarna is het tijd om er weer van te genieten. Het is nog steeds mooi weer, dus kunnen we heerlijk buiten zitten. Eten doen we in de voortent, want juist dan komt er weer wat wind opzetten. Maar het blijft droog en dat is al heel belangrijk. 

Omaha
beach

maandag 23 juni:   naar Bayeux

Vandaag wordt het dus wel Bayeux -op de fiets- maar we maken eerst een ommetje via kleine weggetjes richting Vierville sur Mer. Het is nog wat bewolkt als we opstappen, maar het is al wel meteen een mooi landschap. Een wat slingerend weggetje via dorpjes als Saon en Rubercy voert ons naar Trévières en vervolgens Formigny. Overigens zijn ze niet heel groot, dus je fietst er ook zo weer uit. In Vierville lopen we even rond, om te kijken waar we hier interessante zaken uit de Tweede Wereldoorlog zien. Hier ligt namelijk Omaha-beach, het 'Amerikaanse strand' war de invasie in de nacht van 5 op 6 juni begon. Ook hier zijn vanzelfsprekend nog restanten te vinden die aan deze invasie herinneren.

De zon komt steeds vaker door de wolken en we besluiten eerst even lekker op het strand te gaan liggen. Nou ja: ..lekker.. Loes houdt dit maar een kwartiertje uit. Ze vindt het alweer genoeg.

We slenteren nog wat over het strand en gaan dan het dorpje in.

Vanuit een duin even verderop heb je een prachtig gezicht op het strand. Er is bij laag tij nog een klein deel te zien van de brug die de Amerikanen hebben gebruikt om vanaf de landingsschepen de troepen aan land te kunnen brengen. Op onderstaande foto is de brug te zien toen die nog volop in gebruik was. 

 

Overzichtskaart Omahabeach

klik voor vergroting

Op dit kaartje is het overzicht te zien van de verschillende legeronderdelen die de kust van Omahabeach belegerden.

We hebben de fietsen even tijdelijk in het dorp gestald tegen het hek van een woning, zodat we op ons gemak konden rondlopen. We willen nu een stuk langs Omaha-beach fietsen, richting Port-en-Bessin, langs een aantal oorlogsmonumenten. Als we echter weer bij de stalen rossen staan, blijkt de achterband van Léon zo goed als plat te zijn. Op zijn kop dus en plakken. Een lelijke plek, die we maar met moeite dicht krijgen en het weer oppompen valt ook al niet mee. Maar goed, na een ruim half uur zweten is alles weer voor elkaar en kunnen we naar Saint Laurent rijden. Op het strand staat hier een monument, als eerbetoon aan allen die het leven hier lieten: het Monument pour les Braves.

Als we iets verder doorrijden komen we bij het grootste Amerikaanse oorlogsgravenkerkhof. Hier staan 9386 witte kruisen opgesteld, als een woordloos maar indrukwekkend eerbetoon aan hen die hier hun levens offerden.

Op deze plek werd ook de beginscene een bekende film opgenomen, Saving private Ryan. Ook de zoon van president Theodore Rooseveldt -Teddy- heeft hier zijn laatste rustplaats gevonden. Overigens niet overleden ten gevolge van een gevechtshandeling, maar door een hartaanval. 'Slechts' 307 van deze graven horen toer aan onbekende soldaten, van de anderen weet men de namen.

Dat hier zoveel Amerikanen sneuvelden -overigens ook Duitsers- komt doordat die precies die dag een oefening uitvoerden 'de tegenaanval', want ook hun 'verkenners' wisten wel dat een mogelijke aanval vanuit zee zou komen.

 

We rijden verder langs de kust naar Colleville-sur-mer en Cabourg -we dachten toch echt dat dat ergens anders lag :-)) en bereiken tenslotte ons tussendoel: Port-en-Bessin.

Een klein stadje met een typisch Franse sfeer: gemoedelijk, gezellige terrasjes, leuk centrum. Het is de nummer één vissershaven van Normandië. Het verleden van dit stadje gaat verder terug dan D-day. Vroeger werd het havenplaatsje bijvoorbeeld veel bezocht door beroemde schilders als Seurat, die hier vanwege de speciale atmosfeer inspiratie opdeden voor hun schilderijen.

Het dagelijkse ritueel van het binnenhalen van de vissersvloot is aan het eind van de middag ook een prachtig schouwspel.

 

Ook hier lopen we naar het 'strand', een slechts smalle strook waar we niet echt enthousiast van worden. We lopen de lange pier op en verwonderen ons erover dat hier zoveel campers staan. Allemaal een strookje steen, stoeltjes ernaast en dan maar 'genieten'. Althans, dat vinden zij. Volop in de wind, geen enkele bescherming, geen groen, wij kunnen ons echt meer gezellige plekken voorstellen.

Als we weer terug zijn bij de fiets, blijkt de band weer aardig leeg. We besluiten de reservebinnenband erom te leggen: ja, zelfs die hebben we bij ons. Na veel gewroet en geploeter hebben we een probleem: de band zit al jaren in mijn tasje, blijkt het er een van mijn vorige fiets te zijn. Je raadt het: andere maat. Dan maar tijdelijk een bobbel erin. We proberen een fietsenmaker te vinden, maar dat valt zeker niet mee.

Dus dan maar Bayeux vandaag -opnieuw- vergeten en doorrijden naar Noron-la-Poterie.

 

We hebben geluk, denken we: in Noron zien we zowaar een fietsenmaker. Stoppen, dus en onze slag slaan. Helaas, door persoonlijke omstandigheden blijkt de zaak vandaag dicht, zo meldt een bordje op de voordeur. Net als we weer willen opstappen, komt de eigenaar er met de auto aanrijden. Ja, sorry, een overlijden in de familie, dus pas over twee dagen gaat de zaak weer normaal open. Hij ziet echter dat we een probleem hebben en is de beroerdste niet. Dus lopen we mee de zaak in en na veel zoeken is de juiste maat gevonden. Of we het omleggen zelf kunnen? Ja, dat gaat wel lukken. Blij met onze aanschaf fietsen we de laatste paar honderd meter naar de camping, waar de fiets weer op z'n kop gaat.

We wandelen hier nog even in de buurt: het is namelijk een prachtige omgeving, vooral als je bij het nabijgelegen riviertje komt. Ga je richting het stadje met al zijn poteries, dan zou je niet v vermoeden dat er vlak 'achter' zoveel natuurschoon te vinden is. het is er ook meteen veel stiller: naast het ruisen van het water en in dit geval wat kinderstemmen, hoor je er helemaal niets. Echt een omgeving om even tot rust te komen.

Na het heerlijke avondeten brengen we onze tijd lezend door en maak ik nog wat aantekeningen voor het verslag.

daarna is het weer tijd voor de rust in Morpheus' armen.

naar dag 13-14-15

Het dagelijkse sein om in actie te komen: de bakker luidt zijn bel om 08.15u in de ochtend

zondag 22 juni:  De landingsstranden van D-Day

's Morgens vroeg al trekt het Zeeuwse stel verder met de camper en wij blijven met twee lege caravans moederziel alleen achter. Het sanitair-hok is ons eerste doel: ziet er werkelijk heel schoon en verzorgd uit. Ontbijtje en dan de plannen uitwerken. Eigenlijk staat een bezoek aan Bayeux per fiets op het programma. Maar het weer werkt niet mee. 's Morgens vroeg heeft het al geregend en er hangt zeewaarts een zwarte lucht. Het rommelt ook. Dus is het uiteindelijk tegen twaalven als we per auto vertrekken richting Bayeux. We rijden door naar Arromanches, waar we de auto parkeren. We lopen naar het strand, waar het eb is, en we de grote pontons zien liggen die bij de Slag om Normandië zijn gebruikt om een buitenhaven aan te leggen.

Op 6 juni -D-Day-ze hier bij de zogenoemde Goldbeach en op andere plekken langs de kust -over een totale breedte van 80 kilometer- aan land gegaan. 

 

Wie in deze streek rondkijkt, ziet uiteraard talloze overblijfselen die herinneren aan de bevrijding door de geallieerden. Mara wat hebben ze er voor moeten offeren! De talloze oorlogskerkhoven geven daarvan imposante voorbeelden, maar ook andere overblijfselen laten zien dat hier zware strijd is geleverd. Je kunt je er ook bijna geen voorstelling van maken. Duizenden soldaten die hier aan land gingen en daarna in een harde strijd terechtkwamen. Ook in boek- en tijdschriftenwinkels zie je heel veel uitgaves over D-Day, vooral in deze periode. Juist begin deze maand heeft de jaarlijkse herdenking weer plaatsgevonden.

De onweersbuien hangen nu echt boven zee. We zien het daar bliksemen, maar helaas lukt het niet een mooie op de foto vast te leggen.

Arromanches is geen landingsstrand. Deze kleine vissershaven was hiervoor door de Duitsers te sterk verdedigd. De vijandelijkheden begonnen met enorme luchtbombardementen vanaf 3 uur 's morgens. De geallieerden kwamen via Hamel over land in Arromanches. Het duurde tot vier uur 's middags voor de 600 Duitsers onschadelijk waren gemaakt. Er vielen 15 burgerslachtoffers, slechts zes huizen waren nog intact.

Na de herovering werd een grote damwand van betonnen caissons van 70 meter lang en 20 meter hoog neergelegd, waardoor Arromanches een 'mobiele haven' werd: een ideale plek hiervoor, omdat het strand in een inham ligt. Drijvende kades en transportwegen maakten het mogelijk om de schepen te lossen.

Nog steeds ligt er een aantal achtergebleven caissons, goed zichtbaar vanaf het strand. Je kunt ze zelfs bij eb van dichtbij bekijken, maar daar gaan wij natuurlijk niet opwachten. Centraal ligt ook het museum met zicht op de stranden. Het Musée du Débarquement handelt volledig over deze kunstmatige haven en maakt je alles duidelijker met video's en maquettes.

Het museum 'Arromanches 360'. ligt bovenop een helling. Vanaf de parkeerplaats heb je een geweldig uitzicht op het strand met zijn caissons. In het museum zelf krijg je een film op een cirkelvormig scherm, waardoor je echt de ervaring ondergaat dat je deel uitmaakt van deze historische gebeurtenis.

Meer info op www.arromanches360.com.

Bij het monument worden geregeld kransen gelegd, met de in Enge-land zo bekende klaprozen. Jaarlijks geden-ken zij hun geval-len op 'klaproos-dag', met heel indrukwekkende ceremonies.

Vanzelfsprekend heeft de belangstelling van toeristen voor Arromanches te maken met deze roerige periode uit de geschiedenis. Maar ook vóór de Tweede Wereldoorlog gaat de historie van dit stadje ver terug. De eerste tekenen van bevolking dateren uit het IJzertijdperk. Daarna kwamen de Kelten, de Galliërs, en de Vikingen. Het antieke 'Arremancia' had dankzij zijn strategische positie een versterkte burcht aan de voet van de klif om aanvallen van over zee te weerstaan. Het was ook een dorp van vissers en landbouwers. Sinds 1870 is Arromanches-les-Bains vooral bekend als vakantie-oord. Verborgen tussen zijn kliffen ligt dit kleine stadje als een oord van kalmte en rust, waar het heerlijk toeven is.