Amsterdam - Bangkok


Sydney

Blue Mountains


Gippsland - Melbourne


Great.Ocean.Road

Limestonecoast

Adelaide - GHAN

Safari

GHAN - Kakadu

terugvlucht

vakantie van 5 november t/m 17 december 2005      voor het laatst bijgewerkt op: 22-02-2022


 

 


Blue Mountains

zondag 13 november

gereden: 113 km.

 

Op weg naar het Stoom-
evenement: Steam Up 2005

 

Zelfs de stationsklok is er een van de ZigZag Railway
Nog een kwartiertje in de wachtkamer en dan..
klinkt het vertreksein.

 

 

 

 

 

 

Klik op de kaart voor een groter overzicht van de ZigZag

 

 

logo ZigZag Railway met link naar hun site

 

Mocht je de ZigZag Railway leuk vinden, geef ze dan een like op hun Fb-pagina en lees de laatste berichten

Windsor/Clarendon - Richmond - Bilpin - Clarence - ZIGZAG Railway - Lithgow

We gaan vandaag de outback van Sydney bezoeken: de Blue Mountains. Volgens de campingbeheerder is dat ruim een uur rijden, dus dat is te doen. We volgen de Bells Line of Road en gaan richting Windsor. Dan volgt al snel Richmond en vervolgens Dean Park. De weg leidt in noordelijke richting naar Berkshire Park, waarna we Clarendon bereiken. We stoppen even bij het Visitors Centre van de Hawkesburry region. Beladen met folders en tips gaat het naar Bowen Mountain en Kurrajong. Hier nemen we op advies van de dame van het infocentrum de ''omweg'' via het dorpje, maar dar zijn we toch weer redelijk gauw doorheen. We gaan richting Kurrajong Heights en komen weer op de Bells Line of Road. Na de bocht bereiken we Berambing en begint de weg flink te slingeren. Onderweg stoppen we bij de Tomah Botanische Tuin, voor een bak koffie en een schitterende hoeveelheid bomen, bloemen en struiken. Die bekijken we natuurlijk niet alleen vanaf het terras: we nemen de tijd voor een mooie wandeling.

Steam Up bij ZigZag Railway

Op naar Bell -waaraan de weg zijn naam dankt- en dan de Newnes Junction. We zijn nu al bijna bij Lithgow, maar even daarvoor ligt onze tussenstop voor vandaag: de ZigZag-Railway in Clarendon. We boffen, zo hadden we thuis via internet al uitgevonden, want dit jaar bestaat het spoor 150 jaar. En... nog mooier: juist dit weekend is er een groots stoomevenement: Steam Up 2005. Alle locomotieven en treinen die ze hebben, rijden vandaag!

Korte geschiedenis:
Nadat de treindienst in 1910 was gestopt en een van de tunnels in de oorlog als munitie-opslagplaaats dienst had gedaan -naderhand zelfs gebruikt voor de kweek van paddestoelen- vatte een groep vrijwilligers het plan op -een deel van- het traject in oude luister te herstellen. Er werd in 1972 een coöperatie gevormd en de handen werden uit de mouwen gestoken. In 1975 kon de eerste trein weer rijden, zij het tot aan Middle Road. In de periode 1986/87 werd met hulp van de NSW Bicentennial Grant het spoor verlengd tot Top Road in Clarence. Dit traject werd in 1988 heropend.

De ZigZag Railway rijdt met veel oorspronkelijke treinstellen

Het is even voor tweeën als we het parkeerterrein oprijden en Loes gaat alvast een broodje smeren. Ik zal de gasfles aanzetten, maar er klinkt al een stoomfluit dus komt het kind boven: ik ben weg.


 

Een half uur later, nauwelijks tijd om de lunch te gebruiken, kopen we kaartjes en gaan de trein in. GEWELDIG! Dit is één groot feest. Klokslag drie uur gaan we richting Top Point Station. We passeren Mt Sinaï Halt en het is duidelijk dat daar al héél lang geleden iemand is ingestapt.

Terugkerende activiteit: loc loskoppelen, omrijden en weer verder stomen

Ook de volgende halte -Nr 1 Viaduct- gaan we gewoon voorbij. Er is een enorm hoogteverschil in de lijn, dus moeten de locs -voor deze speciale dag drie stuks, maar normaal natuurlijk maar één- terugsteken om 'kop te maken'. Dat leverde deze lijn zijn naam op: de ZigZag Railway.
Deze handeling vraagt wat tijd, die gebruikt kan worden om nog méér foto's te schieten. Tussendoor zoeken we steeds weer de beste plek om niet al teveel roet binnen te krijgen: dat is nu eenmaal het nadeel van zo'n reis: alles ziet binnen de kortste keren zwart.

Als we weer op weg zijn naar het eindpunt, komen we nog langs twee schitterende boogviaducten en zien we nu van onderaf Nr. 1 Viaduct liggen. We passeren nog Rose Gardens: geen roos te bekennen en ook geen reizigers, dus door naar het eindpunt: Bottom Point Station. Daar gaan de locs wederom kop maken en krijgt de blauwe een flinke slok water. Dan begint de rit terug: zeg maar alles in omgekeerde volgorde.

Een geslaagde middag met spoorliefhebbers

imposante loc van de ZigZag Railway

We zigzaggen weer bij Top Point, waar we de diesel passeren die de volgende rit voor zijn rekening heeft genomen, en doen onderweg weer snel alle ramen en deuren dicht als we de tunnel ingaan. Niet iedereen heeft dat door, dus achterin onze coupé wordt flink gehoest en geproest. Even voor vijven bereiken we Clarence Station en kijken terug op een heel geslaagde nostalgische liefhebbersmiddag. De herinnering houden we nog even levend met de aanschaf van een dvd en een boekenlegger. Hulde voor al die vrijwilligers die dit in stand houden.

We lopen naar de parkeerplaats en zetten meneer Ford -ook al flink voorzien van een roetlaag- weer aan het werk: door naar Lithgow, waar we een plekje voor de camper zoeken. Dat lukt in het Lithgow caravan park bij Cooerwull Road. Een alleraardigste mevrouw Meredith Johnston wijst ons een plekje bij de 'powered place', overigens de enige vorm van onderdak die ze nog heeft: de rest zit vol. Het blijkt een heel mooi caravanpark, slechts twed3erde van wat we gisteren betaalden, mar met heel schone en goed voorziene toiletten, een laundry enzovoorts. Ons uitzicht is al even mooi: heuvels met een boogviaduct en geiten op de voorgrond die graag een bosje gras van ons aannemen.
Het stadje Lithgow is jarenlang van weinig betekenis geweest, tot de ZigZag Railway allerlei goederen over de Blue Mountains heen bracht. Prompt werd het een kolenstadje. Vandaag lukt het niet meer om naar het miners-museum te gaan, misschien morgen.

maandag 14 november

gereden: 149 km.

 

 

De drie versteende zussen staan al eeuwen in het dal van Katoomba te pronken, nadat het niet meer gelukt was hen na de betovering opnieuw tot leven te wekken.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Meer meebeleven van de BlueMountains?
Klik dan op de videoknop

 verschillende video's over Blue Mountains

Via de Lithgow Highway naar Springwood - Badgerys C - Campbelltown

Net voorbij Lithgow slaan we linksaf naar de Great Western Highway, waar we eerst Hartley tegenkomen.

een overblijfsel van de goldrush in HartleyDit is tegenwoordig een dorp van niks, met nauwelijks 200 inwoners. Vroeger was het een levendig agrarisch centrum, vooral drukbezocht in de tijd van de goldrush, zoals zovele Australische dorpen een dergelijke opleving kenden. Nu herinneren slechts enkele historische gebouwen aan die periode. We lopen er wat rond en zien inderdaad hoe vervallen sommige gebouwen erbij staan. In de voormalige herberg bezoeken we een piepklein museumpje annex souvenirshop.

Vervolgens belanden we bij de Mount Victoria, een stadje op het hoogste punt van de Blue Mountains. We vervolgen de route naar Blackheath, waar we een warm broodje bij de plaatselijke bakker halen en genieten van de mooie struiken die in dit 'Rhododendron-village' te vinden zijn. dan gaan we door naar Katoomba.

Drommen toeristen bij The Tree Sisters

The Three Sisters in de Blue MountainsEen van de grootste attracties in het Blue Mountains National Park is het Echo Point. Je hebt vanaf hier prachtige vergezichten en diverse reisbureaus brengen hier busladingen vol toeristen die naar The Three Sisters komen kijken. Wij volgen dat voorbeeld en komen op een soort plein, netjes omgeven door een hek, van waar we uitzicht hebben op de zussen. Volgens de hier oorspronkelijk wonende aboriginals waren deze drie rotsen ooit drie zusters van de Katoomba-stam. Zij waren verliefd op drie broers van de Nepena-stam, maar mochten niet met hen trouwen. De broers ontvoerden de dames en dat leverde een stammenoorlog op. De 'witchdoctor' van de katoomba's veranderde de zussen vervolgens voor hun eigen veiligheid tijdelijk in drie rotsen. Het lot besliste echter anders: de doctor verloor het leven in de stammenoorlog en de dames konden niet meer worden teruggewekt tot het leven. Sindsdien staan ze hier in het dal te pronken. We maken een korte wandeling naar de voet van de zussen, want we hebben helaas -je mag maar 1½ uur parkeren- te weinig tijd voor een bezoek aan de mooiste waterval uit dit gebied: de Bridal Veil Falls.

Poplar Tourrist Park: een leuke camping in Camden

We rijden nu bovenlangs het Blue Mountains National Park, via Lawson, Woodford en Springwood naar Glenbrook, de 'toegangspoort' van de Blue Mountains (tenminste: als je van de andere kant komt ;-))

We blijven de Great Western volgen naar Penrith, want anders komen we op de veel te drukke Western Midway. We gaan rechtsaf de Northern road op richting Campbelltown, niet te verwarren met de gelijknamige stad op Tasmanië.logo Poplar touristpark Camden

 Vlak vóór dit stadje staat weer een overnachting gepland -in Camden- waar we inderdaad een aardige camping vinden. De eigenaar heeft echter het toegangshek al gesloten, maar -zo horen we van een van de gasten- als je geluk hebt ''..even omlopen en op de achterdeur kloppen..'', wil hij nog weleens een oogje dichtknijpen. Dat doet hij inderdaad voor ons ook: de poort gaat open, maar de administratieve en financiële rompslomp doet hij morgenochtend wel. Wij vinden het prima! 

Illawarra Coast

dinsdag 15 november

gereden:  158 km.

De Illawarra Coast tussen Wollongong en Nowra biedt mooi uitzichten.



klik op het vergrootglas
voor een vergroting

 

Het paarse postkantoor zal ons nog lang heugen

Langs de Illawarra Coast: Campbelltown - Wollongong - Princess Highway - Kiama - Nowra

Zoals afgesproken gaan we 's morgens voor het vertrek onze schuld vereffenen.mooie plaatjes schieten bij de look-out Via Campbelltown gaan we richting de kust. Het eerste stuk lukt nog wel en we komen bij de .. look-out. Inderdaad een heel mooi punt, dat we voor het nageslacht vastleggen, inclusief de tekst van psalm 14 vers 24, waarin al beschreven werd hoe mooi de wereld is geschapen. Hier wordt dat nog maar eens onderstreept.

 

We  rijden terug naar de 60, maar missen de afrit naar Bulli. Helaas: het duurt dus wat langer voordat we echt langs de kust rijden. De eerste grote plaats die we daar tegenkomen is Wollongong, een erg rommelige stad die we dan ook maar links laten liggen. Hier begint de Illawarra Coast. We rijden westelijk van het Lake Illawarra, maar achteraf hadden we wat beter op de kaart moeten kijken: een meer toeristische route voert ook hier dichter langs de kust.

Indrukwekkende blowhole in Kiama: waterzuil van 60 meter

De 60 meter hoge blowhole bij KiamaWe vervolgen nu de Princess Highway, richting Kiama. Dit stadje is vooral bekend door zijn 'blowhole': een enorme waterfontein die bij ruig weer tot wel 60 meter hoogte spuit. Intussen is het gaan regenen en ook de wind doet stevig zijn best: ideaal dus voor de Blowhole. De dame bij het Visitors Centre kijkt ons al ongeloofwaardig aan als we zeggen dat dit het juiste weer is, maar wie een waterfontein wil zien, heeft nu eenmaal wind nodig. Dat het daarbij ook nog regent... jammer dan. Het waait overigens niet een beetje, maar heel hard. Je staat hier omgeven door de zee, dus je moet echt je ene ben schuin voor het andere plaatsen om jezelf te verankeren en af en toe moet je door de harde wind in je gezicht gewoon naar adem happen. De foto's worden soms met  moeite genomen, het is erg koud, maar wel de moeite waard.

 

Na de Seven Mile Beach overnachten in Nowra

Ook het paarse postkantoor blijft in onze herinnering bewaard. Bij Gerringong gaat de Princess Highway wat verder van de kust af, maar wij blijven de Illawarra Coast route volgen via kleinere plaatsjes als Gerring, naar Shoalhaven. Dit is een niet al te grote kustplaats, maar wel een van de oudste 'vestigingsplaatsen' van hen die hier hun geluk kwamen beproeven. Het is ook heden ten dage nog een bezienswaardig vissersdorp.

Een langgerekt natuurpark met de naam Seven Mile Beach NP begeleidt de route. Helaas valt het laatste stukje wat tegen, dus eindigt de rit bij Nowra. Hier vinden we onderdak -nou ja, beter gezegd: een powered site- bij de tweede camping, in het zuidelijk deel van wat eigenlijk een tweelingstad boven/onder de rivier is.

naar Braidwood

woensdag 16 november

gereden: 297 km.

 

Braidwood is in alle opzichten een bezoekje waard.

Via de Princess Highway naar Nowra - Ulladulla - Batemans Bay - Braidwood - Doughboy - Queanbeyan 

De route voor vandaag is drastisch aangepast, want de bedachte tocht rechtstreeks naar Braidwood vanaf Tomerong gaat over een gravelroad. We blijven de Princess Highway langs de kust volgen, hoewel we hadden gehoopt onderweg meer zee te zien. Ulladulla heeft weinig te bieden, dus we rijden door naar Batemans Bay en nemen dan de afslag naar de 52 die naar Braidwood gaat. Niets teveel gezegd: een oud historisch goudzoekersstadje waar we de vele gebouwen uit vervlogen tijden op de gevoelige plaat vastleggen. Eén beroemd Braidwood gebouw is er helaas niet meer, maar wordt wel in de folder van het toeristenbureau beschreven: hotel Pigs and Whistle, destijds aangelegd in de hoop op veel klandizie als de spoorlijn gereed was. Die is er echter nooit gekomen: het fluitje heeft er nooit weerklonken en het gebouw raakte in verval.

een 'melk'-brievenbus omgeven door agapanthus
Onderweg zien we een alleraardigste brievenbus, uiteraard weer met 'in het wild groeiende Agapanthus'.

Het einddoel voor vandaag -eerder blijkt er geen campingsite- is Queanbeyan. Bij het binnenrijden zien we al meteen een camping, waarvan ook nu het kantoor al dicht is. Je kunt bellen en dan komt de eigenaar met een dik boek. ''Heeft u een powered site voor vannacht?'' Het antwoord is duidelijk: ''Alleen als u in het boek staat.'' Nee, dus. Bovendien staan de cabins en caravans wel erg dicht op elkaar, dan maar door naar de volgende.

Enkele leden van de Kabara High School Band houden hun wekelijkse oefeningDat wordt het Crestview Tourist Park. Iets beter, netter, maar wel vol: de plek die we krijgen blijkt al bezet. Geen nood: hij plugt in op en andere paal, kunnen we toch een plek je verder staan, maar dan blijkt de andere buur nog niet terug. Die doet wat moeilijk bij thuiskomst, omdat zijn auto niet meer voor z'n caravan kan staan. Uiteindelijk zet hij hem ernaast en wij kunnen een nacht blijven. Nauwelijks aan het bier hoort Léon een drumband: op zoek dus. Blijkt een oefening te zijn voor een show van de even verderop gelegen Kabara High School. Luisteren dus, genieten en foto's maken. 

van Canberra naar Kalaru

donderdag 17 november

afstand: 262 km.

Canberra: de stad die is opgezet om de strijdbijl tussen Melbourne en Sydney te begraven, maar waarin de 'ziel' ontbreekt.

 

 

 

 


Een van de aardige doorkijkjes die we tegenkomen.

Queanbeyan - Canberra - Tuggeranong - Cooma - Nimmitabel - Bega - Kalaru

De tocht van vandaag gaat eerst noordwaarts naar de hoofdstad Canberra. Die willen we gewoon gezien hebben. We zijn er zo: het is maar zo'n twaalf kilometer. We fotograferen eerst hèt symbool van Canberra: het Parliament House op Capitol Hill. Of beter gezegd: in Capitol Hill, want wat wij zien is alleen het 'markeerpunt': de gebouwen bevindfen zich grotendeels ondergronds. Dan rijden we naar de noordelijke city, waar we zo'n beetje vastlopen op een parkeerterrein. Er zijn geen vrije plaatsen meer en het aantal wachtenden voor ons is nog ..tig.

We rijden door, komen achter het theater en bingo: op de parkheuvel: zat plek en nog gratis ook. We wandelen naar het Canberra Shopping Centre en komen al een beetje in de kerstsfeer. De aankleding van het centrum en van sommige winkels is al in december-outfit en er staat zelfs een grote kerststal. We zijn toe aan een koffie en bij Starbuck tracteren we onszelf op een kerstspelcialiteit: voor Loes koffie crème-brulée en Léon neemt een peppermint mocha. Erg lekker, maar ijs-en-ijskoud en we hebben maar niet naar de calorieën gevraagd. Na een afsluitend shoprondje en nog en snelle blik op een paar mooie kerken rijden we naar het zuiden. We pakken de richting Tuggeranong en Cooma, wat flinke afstanden zijn (115 km). Onderweg stoppen we op een uitwijkstrook, voor de lunch. Stoeltjes naar buiten, maar ook hier hebben ze vliegen en we zijn meteen een kwartier bezig om de camper vleugelvrij te maken. Binnen eten dus. Toch wel handig, zo'n eigen Ford-bistro.

Een middagdutje bij de treinwagon

Overigens ook hier weer een aanpassing van het oorspronkelijke schema: wederom laten we door de aanwezigheid van gravelwegen de Snowy Mountains voor wat ze zijn en richten we ons nu op de kust.
We vervolgen de route en zien onderweg veel dode bomen: best grote exemplaren die het dus jaren naar hun zin moeten hebben gehad en nu ineens als grijze staketsels het landschap zijn troosteloze aanblik geven. In Nimmitabel, een klein gehucht, zien we eerst de Stationsstraat,mar vragen ons dan af of er nog wel een trein rijdt, want er staat een wagon even verderop in het gras. Bij nadere inspectie blijkt die in gebruik als opslagplaats.

Terug bij de camper besluiten we het geeuw- en slaapmoment te overwinnen: we gaan een half uurtje plat.  Als we eenmaal deze plaats voorbij zijn wordt ook duidelijk waarom de bomen het moeilijk hebben: de weg daalt nu enorm met scherpe bochten, heel steil maar nog net geen haarspeld. We rijden al 11 kilometer vanaf Cooma en zijn nog geen tankstation tegengekomen. Het wordt krap, maar gelukkig blijkt er een dieselpomp te staan bij het officiële infocentrum van Bemboka. Niet dat het veel voorstelt: een drukbezocht winkeltje van pakweg 10 m2 maar de camper is er tevreden mee en wij met ons ijsje. Op naar Bega, waar we de inkopen doen voor het eten. Bij Kalaru is het Countryside Caravan-park gauw gevonden: keurig om kwart voor zes melden we ons bij de receptie. Debby Mundy schrijft ons in en haar man Mick rijdt ons op zijn brommer vooruit naar plek 8: een werkelijk schitterende omgeving. Alles keurig verzorgd: een aanrader voor wie hier in de buurt is en een overnachtingsadres zoekt. Ruime plekken, keurig verzorgd, veel groen -Loes is jaloers op de Agapanthus die als afscheiding van de kampplekken dient- en schone toiletten/douches met een keurige laundry. Een gezellige buurman ook, waarmee Léon een heel gesprek aanknoopt. We besluiten hier morgenochtend ook nog te blijven, voor de was en het verslag.